Sportaccommodaties
(Bedragen x € 1.000) | |||||
Product | Sportaccommodaties | ||||
|---|---|---|---|---|---|
Begroting Primitief | Begroting na wijziging | Jaarrekening | Resultaat | ||
Lasten | 2.332 | 2.982 | 2.906 | 76 | |
Baten | 1.132 | 1.122 | 1.133 | 11 | |
Saldo | -1.200 | -1.860 | -1.773 | 87 | |
Toelichting
Voor het onderdeel Sportaccommodaties zijn in de begroting de budgetten voor de exploitatie van de sportvelden en sportgebouwen opgenomen. Hierin zijn, naast de effecten van de bouw van nieuwe sportvoorzieningen uit het plan Vitale scholen, ook begrepen de storting in onderhoudsvoorziening en de kapitaallasten voor het benodigde groot onderhoud. De inkomsten bestaan uit verhuuropbrengsten aan de diverse sportverenigingen en scholen.
Het product Sportaccommodaties kent een voordelig saldo van € 87.000. Dit wordt verklaard door lagere lasten van € 77.000 en hogere baten van €11.000.
Lasten
De lagere lasten zijn in hoofdzaak het gevolg van:
- Incidentele kosten Sportpark Parkhout: in het raadsbesluit SPZ raad 2020 is een budget opgenomen voor dekking van incidentele kosten. In 2023 was € 253.000 beschikbaar, waarvan ca. € 100.000 is uitgegeven. Voorgesteld wordt om het restantbudget van € 153.000 over te hevelen naar 2024, ter dekking van de resterende incidentele kosten.
- Onderhoudslasten: deze zijn ca. € 100.000 hoger als gevolg van prijsstijgingen arbeid en materialen (binnensport) en grondstoffen (buitensportaccommodaties), meer noodzakelijk gebleken onderhoud en onvoorziene onderhoudskosten waaronder het investeren in kantplanken en filterputten ( zorgplicht kunstgrasvelden).
- Het restant verschil is een samenstel van diverse voor- en nadelen, van onder meer lagere kapitaallasten (lagere rentekosten SPZ € 50.000) en hogere schade (€ 26.000).
Het verschil in baten is lager dan € 25.000 en wordt daarom niet toegelicht.